Deprecated: implode(): Passing glue string after array is deprecated. Swap the parameters in /var/www/clients/client3/web184/web/wp-content/themes/supreme/header.php on line 87
Concertrecensie: The Zombies & Uriah Heep in Patronaat

The Zombies & Uriah Heep in Patronaat

Een dame en heer in T-shirts van U2 en Saxon arriveren bij Patronaat Haarlem. Waar zouden zij naartoe gaan? Het antwoord op de prangende vraag waar deze muzikale liefdes samen kunnen komen, is een show van Uriah Heep. Voor de gelegenheid hebben Mick Box en co. bovendien The Zombies meegenomen – een classic rock double-bill, zogezegd. Een avond vol oud én nieuw.

The Zombies bestaat vandaag de dag nog uit vocalist Colin Blunstone en toetsenist Rod Argent, verscholen achter zijn keyboard. De kleine monologen tussendoor verraden hoezeer de heren houden van het vak. Zo erg, dat de band – hier overigens aangevuld met Steve Rodford op drums en sessiegitarist Tom Toomey – vanavond eerder een intieme jamsessie lijkt te houden.

“I can see none of you will remember 50 years back!”, geeft Argent de aanwezigen een verkapt compliment – of het nu waar mag zijn of niet. Van voor tot achterin de overvolle zaal wordt in elk geval ieder moment met mobieltjes vastgelegd voor het nageslacht. Het publiek gaat dan misschien nog niet zo lang mee, de nalatenschap van The Zombies doet dat wel. Genoeg materiaal om op terug te grijpen: de jaren ’60-hits She’s Not There en Time Of The Season passeren natuurlijk de revue, maar ook de prachtige, ontroerende klassieker die Colin Blunstone opnam met The Alan Parsons Project, Old And Wise. Maar dat nieuwste album, Still Got That Hunger, daar zijn de heren immens trots op. Zo vertelt Argent triomfantelijk dat hij gebeld werd door Billboard voor hun enige Top 100-notering sinds het legendarische Odessey And Oracle uit 1968.

Oud & Nieuw
Ook Uriah Heep kan putten uit oud én nieuw materiaal. Het enige overgebleven lid van de oorspronkelijke bezetting is gitarist Mick Box (71 jaar inmiddels). Toch wordt fanatiek vastgehouden aan de klassieke hardrock waar ze hun eerste successen mee behaalden. Zo ook op het nieuwste album Living The Dream, alweer hun 24ste langspeelplaat, die er zeker mag wezen.

In feite behoort Uriah Heep tot de laatste bands die de vroege progressieve hardrock levend kunnen houden. Led Zeppelin doen ’t allang niet meer, Black Sabbath is er nog niet zo lang geleden mee opgehouden en ook Deep Purple is lang niet zo regelmatig en intensief muzikaal in de weer als Uriah Heep. Nog steeds doen de heren zo’n 150 shows per jaar, op de fanshirts prijkt de slogan ‘Uriah Heep – Always On Tour’. De heren zien het naar eigen zeggen meer als ‘being out there, having fun’.

Maar hoe leuk het ook is, een kritische noot is wel op z’n plaats. Je zou immers mogen verwachten dat, met zoveel shows op de teller, een band van dergelijk formaat en ervaring wel weet hoe je een show neerzet. Dan hebben we het niet over de lichtjes in Davey Rimmers basgitaar, Russell Gilbrooks lichtgevende bassdrums of de glimmende zilveren haklaarsjes van zanger Bernie Shaw – waar hij meermaals over struikelt. Nee, de technische afstelling vanavond is ronduit treurig. Tot Gypsy wordt ingezet, is er nagenoeg geen samenzang te horen. Zelfs Shaw’s vocalen verdrinken in het instrumentale geweld – zonde van de band die pionierde in het spelen met vijfstemmige harmonieën.

The Beach Boys Of Heavy Metal
Hoewel ook Rimmers bascapriolen indrukwekkend zijn, resulteren deze nu in een waar dreunfestijn, alle midden- en hoge frequenties uit de mix verdwenen. De muziek van Uriah Heep klinkt zodoende soms meer als classic metal met futuristische synthesizerklanken dan als de innovatieve en afwisselende rock die zij eigenlijk ter wereld gebracht hebben. Zelfs de ‘orgel vs. gitaar’-duels tussen Box en Phil Lanzons Hammond vallen in het niet. De Beach Boys Of Heavy Metal moeten de fans, maar vooral zichzelf, tegen zijn gevallen.

Hoewel sommigen ervoor kiezen om het toch al schandelijk volle Patronaat vroeg te verlaten, blijven er genoeg fanatici over om de zanger uit volle borst een tandje bij te zetten. Easy Livin’ en Bird Of Prey worden zoals verwacht geliefd, maar ook July Morning, bijgestaan door een prachtig verhaaltje over de totstandkoming uit drie nummers in c-mineur, levert een schitterend resultaat op – als ’t nou ook eens zo mooi had geklonken.

Niet alles kan vergeven worden met mooie lichtjes, rookmachines en hippe schoenen. Laten we hopen dat wanneer we onze ‘Always On Tour’-shirtjes uit de kast trekken voor de show in 013 Tilburg op zondag 24 februari volgend jaar deze spijtige les geleerd is.

The Zombies & Uriah Heep in Patronaat, Haarlem
Gezien op woensdag 31 oktober 2018
Foto Uriah Heep: Richard Stow

3 Reacties

  1. MaWi 2 november 2018 Reageer

    Volledig eens met deze recensie.Je zou bijna de helft van de toegangsprijs gaan terugvragen.The Zombies was de helft van de toegangsprijs meer dan waard.Maar wat Uriah Heep liet horen was zwaar teleurstellend.Een bak herrie omdat de technische afstelling treurig was.Zelfs na opmerkingen uit de zaal(zang niet te verstaan en veel te hard in volume)bleef het droevenis.Jammer dat zo’n goede en ervaren band als Uriah Heep dit niet kon bijstellen.Veel toeschouwers hebben de toegift niet afgewacht en bij de garderobe was de teleurstelling groot.Ik hoop dat 013 met de heren in gesprek gaat.Een herhaling van deze avond verdienen de fans niet.

  2. Jan 2 november 2018 Reageer

    Band gaat al 3000 jaar mee. Velen hebben de band al 30-40 keer gezien. Waarom dan het totaal achterlijke alles vast leggen met mobieltjes? Bang dat je de driehonderdste keer dat je ze een bepaald nummer hoort spelen niet kan herinneren “voor later”?

  3. peter bruyn 5 november 2018 Reageer

    Uriah Heep in het Patronaat was de wederopstanding van Spinal Tap. Hilarisch. Maar ik vrees dat het door de mannen zelf als serieus concert bedoeld was. The Zombies wisten bij vlagen te ontroeren. Dat concert straalde nog werkelijk autheticiteit uit. Al had ik dat Kitscherige ‘Old and Wise’ van Alan Parsons graag ingeruild voor een ander Blunstone-solostuke, zoals ‘Andorra’ of ‘I don’t believe in Miracles’. Ook mooi hoe Blunstone zijn door de jaren heen toch wat lager geworden stemgeluid feilloos in de klassieke Zombiessound wist te passen.

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *