Toen Axolotl, de eerste single en het openingsnummer van dit vijfde album van The Veils, werd losgelaten op de wereld, moest ik zo lang fronsen dat ik even bang was dat ik er permanente rimpels van zou krijgen. Naast het feit dat ik de titel nauwelijks fatsoenlijk uit m’n strot kan krijgen, klinkt het betreffende nummer ook nog eens totaal anders dan alles wat deze indierockband voorheen heeft gedaan: haperende ritmes, industrial-achtige beats en – brrr! – gekke elektronische bliepjes! Gelukkig is er nog altijd die naar Nick-Cave-op-speed-neigende voordracht van frontman en meesterbrein Finn Andrews. Toch duurde het verdacht lang voordat ik Axolotl echt kon waarderen – of zelfs maar snapte. Ik ga het vieze cliché ‘groeiplaat’ niet in de mond nemen, maar intussen ben ik overtuigd van de voorzichtige genialiteit van Axolotl. En op zich is het natuurlijk ook fijn dat The Veils weer eens echt weet te verrassen. Vooral na het sterke, maar af en toe ook wat voorspelbare Time Stays, We Go uit 2013. Total Depravity bevat naast typische, fijn moody Veilssongs als Low Lays The Devil en (een nieuwe versie van) Iodine & Iron meer van die gekke zijsprongen, waaronder het zwoele A Bit On The Side, het loomcatchy Swimming With The Crocodiles en het bijna naar Nine Inch Nails neigende Here Come The Dead. Is het de invloed van producer El-P (de helft van hiphopduo Run The Jewels), die eerder samenwerkte met o.a. Beck, Nine Inch Nails en TV On The Radio? Geen idee, maar Total Depravity is wel degelijk het meest spannende en simpelweg beste album dat Andrews en co. hebben gemaakt sinds meesterwerk Nux Vomica (2006). Ik word hier heel, heel blij van. Rimpels of niet.
0 Reacties