Het eerste Nederlandse concert van The National in vier jaar tijd is meteen de grootste eigen show van deze Amerikaanse indierockhelden op Nederlandse bodem. Met twee nieuwe platen op zak kwamen Matt Berninger, de broertjes Dessner en de broertjes Devendorf naar de hoofdstedelijke Ziggo Dome om daar 17.000 fans te betoveren met hun ‘sad dad rock’. Spoiler warning: dat lukte ze meer dan behoorlijk.
Aangezien onze vrienden van de Nederlandse Spoorwegen het ook in 2023 nog niet voor elkaar krijgen om fatsoenlijke lange treinen in te zetten als er concerten zijn in de Ziggo Dome (of AFAS Live of de Johan Cruijff ArenA), is het weer lekker proppen in de op een na laatste trein van Amsterdam Bijlmer richting het zuiden des lands. Een van de weinige pluspunten aan de claustrofobische situatie waarin uw trouwe verslaggever zich bevindt, is dat het gros van de mensen in dit rijtuig ook naar het optreden van The National is geweest.
Wellicht gevoed door het gezamenlijke lijden ontstaan er al gauw gesprekken over hoe iedereen het concert heeft ervaren. Een licht beschonken twintiger, in zijn handen een groot blik bier waarmee hij vervaarlijk door de weinige vrije ruimte in de trein zwaait, opent het debat: “Ik vond het uiteindelijk heel goed, maar het begon wel heel slecht zeg!” Minstens twintig paar woedende ogen kijken hem aan, waarop hij zich snel nader verklaart: “Nou ja, ik hou vooral van de rustige, nieuwere songs van The National. Die waarin de zanger niet zoveel schreeuwt, die vind ik veel mooier. Nu kan hij sowieso eigenlijk niet echt zingen…”
Lynchpartij
De jongeman kan zijn zin niet afmaken, want een dame die naast hem staat ziet de dreigende lynchpartij aankomen en countert: “Ik was juist blij dat ze relatief veel van de oude nummers speelden. Die inderdaad veel rauwer zijn, maar dat maakt The National juist zo uniek: die mix van stijlen en sfeer.” Er ontstaat een geanimeerd gesprek over de bestaansgeschiedenis van de band, gevolgd door een uiteenzetting over de nog altijd licht ontvlambare en onvoorspelbare podiumpersoonlijkheid van frontman Matt Berninger, het gebrek aan echte hits en de nog steeds groeiende schare trouwe fans.
Gestage groei
Dat laatste blijkt vanavond in de uitverkochte Ziggo Dome ook wel, want niet eerder stond de Amerikaanse indierockband voor zo’n groot publiek in Nederland – festivalshows niet meegerekend. Hoe die gestage groei te verklaren is? Heel simpel: veel spelen met een fikse livereputatie als gevolg, een stroom sterke platen afleveren en hier en daar een slimme samenwerking met een relevante gelijkgestemde muzikant als Bon Iver, Phoebe Bridgers of Taylor Swift.
De laatste show van The National in Nederland was overigens al vier jaar geleden (bedankt hè, covid!), op Lowlands 2019, dus aan hongerige fans geen gebrek. Fans die overigens binnen vijf maanden getrakteerd werden op twee langspelers: in april van dit jaar verscheen First Two Pages Of Frankenstein, vorige week gevolgd door Laugh Track. De reviews van die eerste plaat waren ietsje lauwer dan normaliter het geval is bij albums van The National – wat mij betreft geheel onterecht overigens, maar dat terzijde. Het is een rustig, introspectief werkstuk waarop Berninger zijn depressie en writer’s block probeert te verwerken, wat resulteerde in een elftal schofterig mooie, maar – toegegeven – af en toe wat eenvormige liedjes.
Laugh Track is het iets rauwere broertje van Frankenstein: de groep kleurt weer wat meer buiten de lijntjes en dat kon op heel wat meer gejuich van zowel recensenten als trouwe fans rekenen. Hoe het ook zij, beide platen komen ruimschoots aan bod in de Ziggo Dome, maar uiteraard komen ook flink wat fanfavorieten en een enkele ‘deep cut’ voorbij.
Goed bij stem
Geopend wordt er echter met een drietal ‘Frankenstein’-songs: het prachtig Once Upon A Poolside (lef om met zo’n ingetogen song te starten) en de singles Eucalyptus en Tropic Morning News. Waarbij meteen een paar dingen opvallen. Nummer 1: Matt is, zeker in de rustigere songs, opvallend goed bij stem en nummer 2: wat komen vooral Eucalyptus en Tropic Morning News live veel beter tot hun recht vergeleken met de wat steriele albumversies!
Intussen is veel hetzelfde gebleven op het podium: tweelingbroers Aaron en Bryce Dessner (alleen van elkaar te onderscheiden omdat een van hen – ik vermoed Bryce – een petje op z’n kop geschroefd heeft) spelen even virtuoos als speels, bassist Scott Devendorf houdt alles strak bij elkaar als dat moet, broer Bryan Devendorf bewijst weer eens een van de beste drummers ter wereld te zijn en Berninger fladdert er als een ongeleid projectiel doorheen. Hij sleurt, hij struikelt, hij croont, hij schreeuwt en hij betrekt de toeschouwers bij zijn zielenpijn – soms letterlijk als hij weer eens met microfoon en al als een soort moderne Mozes door het publiek beent. Het nuchtere leven lijkt hem sowieso goed te doen: om zijn mentale gezondheid in een wat betere staat te krijgen, is hij gestopt met alcohol en wiet en ik heb hem zelden zo veel zien grijnzen op het podium als deze keer.
Perfecte dwarsdoorsnede
Wat volgt op die drie nieuwe songs is een bijna perfecte dwarsdoorsnede van twee decennia The National, zonder dat het een ordinaire greatest hits-show wordt. In de bijna 2,5 uur klokkende show staan fanfavorieten als Bloodbuzz Ohio, I Need My Girl en Fake Empire gebroederlijk naast gloednieuwe klassiekers in de dop (o.a. het epische Space Invader in de toegift – mijn god, die laatste drie minuten!) en oude songs als het furieuze Abel (rest in peace, Matts stembanden) en Lit Up van het album Alligator (2005), dat voor het eerst sinds 2014 weer eens gespeeld wordt. Goed, ik had ook heel graag persoonlijke favorieten als Slow Show, Pink Rabbits of New Order T-Shirt gehoord, maar er moeten keuzes gemaakt worden en ergens is het ook tof dat de band nooit dezelfde setlist heeft.
Verbroederende mantra
Het allerlaatste liedje is echter een bekend kunstje: Vanderlyle Crybaby Geeks, de afsluiter van succesplaat High Violet uit 2010, dat door de band akoestisch gespeeld wordt terwijl Matts microfoon uitstaat en hij als een manische dirigent het publiek opzweept om de tekst te zingen. En net als tijdens de legendarische show op Best Kept Secret in 2018 lukt dat voortreffelijk: duizenden mensen die uit volle borst ‘I’ll explain everything to the geeks’ schreeuwen, waanzinnig. Een verbroederende mantra die ook op de weg van de Ziggo Dome naar het station nog uit vele kelen klinkt, terwijl ik – gehuld in mijn zojuist voor slechts veertig euro gekochte ‘Sad Dads’-T-shirt – langs het voetbalstadion loop waar nog geen week geleden absurde rellen waren. Een groter contrast is nauwelijks denkbaar.
The National in Ziggo Dome, Amsterdam
Gezien op vrijdag 29 september 2023
Foto’s door Tineke Klamer
1 Reactie
Helemaal eens met die 20 jarige.concertcijfer een 6.Goed in de rustige nummers en eindelijk eens een band die de zangmicrofoon vanaf het begin goed heeft afgesteld. Een bandgeluid dat veel te hard is waardoor alle subtiliteiten verloren gaan. Thuis krijg ik altíjd kippenvel maar vanavond geen moment.