Progtober Interview: Marillion: “Wij zien prog als een compliment”

Marillion
In de progrock-special van LFL 025 komt Steve Rothery al even aan het woord, maar we hebben de Marillion-gitarist natuurlijk uitvoeriger gesproken. De band heeft onlangs de steengoede nieuwe plaat Sounds That Can’t Be Made uitgebracht. We hadden het met Rothery over de mooie en minder mooie kanten van progrock, het behoud van de bandnaam Marillion na het vertrek van oorspronkelijk frontman Fish en hoe Sounds That Can’t Be Made al voor de release enige paniek zaaide bij de fans.

Vreemd woord eigenlijk, prog. Wat houdt het nou precies in? Rothery: “Ik zie het als muziek zonder grenzen. Er zijn geen bepaalde regels wat betreft structuur of teksten. Het is een mengeling van stijlen en heel filmisch. Prog schetst beelden die je bijna niet in andere muzieksoorten kunt terugvinden. Sommigen zien de term als een belediging, anderen als een compliment. Marillion valt in de laatste categorie. Dat er muzikanten zijn die prog als een belediging opvatten, komt volgens mij door bands uit de jaren zeventig als ELP. Zij waren eerder agressief dan progressief. Het hangt er helemaal van af hoe open minded je bent.”

The Great Escape van het Marillion-meesterwerk Brave (1994) is volgens Rothery een van de meest geslaagde composities van de band en een goed voorbeeld van sterke prog: “Je hoort er allerlei verschillende delen en krachtige teksten in. Niet dat het precies zo moet zijn, maar volgens mij zitten in dat nummer de juiste ingrediënten voor een goed progressief stuk. Zo ook in Gaza en The Sky Above The Rain van ons nieuwe album. Als iemand Marillion wil leren kennen, stel ik voor dat ze beginnen met deze nummers. Een track als Gaza laat horen hoe gevarieerd en emotioneel we kunnen zijn. Misschien spreekt dat jongeren aan. Volgens mij staan veel van hen wel open voor dat soort materiaal. Dankzij het afnemen van macht van grote labels en de mogelijkheden die YouTube jongeren biedt om van alles te ontdekken, zijn er nu veel meer bands met een open mind. Dat vind ik geweldig.”

Voorbeelden van indrukwekkende Marillion-tracks zijn er genoeg, maar Rothery geeft ook toe minder trots te zijn op het veel oudere nummer Grendel, te vinden op de compilatie B’Sides Themselves (1988): “Onze invloeden kwamen iets te veel naar voren. Toch zitten ook daar best interessante stukken in. Het kan veel erger, zoals Emerson, Lake & Palmer in de late jaren zeventig, ten tijde van het album Love Beach. Dat was allemaal veel te pompeus en opgeblazen. Ik hoor veel liever Wish You Were Here van Pink Floyd, naar mijn mening het meest essentiële progalbum. Het betekent veel voor me, want door die plaat wilde ik muzikant worden.”

Exit Fish, enter Hogarth
Grendel is een uitzonderlijk geval, want Rothery zegt verder trots te zijn op het werk uit de ‘Fish-periode’. In 1988, na de vier kwalitatief hoogstaande studioalbums Script For A Jester’s Tear (1983), Fugazi (1984), Misplaced Childhood (1985) en Clutching At Straws (1987), vertrekt frontman Fish. Zijn plaats wordt ingenomen door Steve Hogarth, tot op heden zanger van Marillion. Hogarth – ook simpelweg H. genoemd – gaf in latere interviews toe het te betreuren dat de bandnaam niet veranderd werd op het moment dat hij zich bij de overgebleven leden van Marillion voegde. De naam zou namelijk veel muziekliefhebbers en critici afschrikken en zij zouden daardoor albums als Marbles (2004) geen kans geven.

Maar Rothery is juist blij met het behoud van de bandnaam: “We hadden een echte muzikale identiteit. Waarom zouden we onze naam moeten veranderen? Als we een andere naam hadden gekozen, riskeerden we in de obscuriteit te verdwijnen. Het bleek ook een goede beslissing, want mede dankzij het succes van onze eerste albums hebben we nog steeds een carrière.”

En wat voor een carrière! De band maakt nog steeds verschrikkelijk goede muziek. Het nieuwe studioalbum Sounds That Can’t Be Made krijgt in Lust For Life 025 liefst vijf sterren. “We maken nog steeds met ontzettend veel enthousiasme en passie muziek”, meent de trotse gitarist, “We hebben een soort familieband. We wilden een echt groots album maken. Uiteindelijk is het absoluut een van onze beste platen geworden. Misschien niet dé beste, maar zeker mijn favoriet sinds Afraid Of Sunlight (1995).”

‘Marillion meets Prince’
Rothery liet Marillion-fans voor de release van Sounds That Can’t Be Made even schrikken toen hij een van de tracks omschreef als ‘Marillion meets Prince’. “Sommige fans houden niet van zijn muziek, dus raakten ze gelijk in paniek toen ik die uitspraak deed, haha. Pour My Love doet me aan Prince denken vanwege de groove en de Prince-achtige manier van zingen van Steve. Maar het doet me slechts in de verte denken aan Prince, hoor. Hij is een ongelooflijk getalenteerd muzikant, maar een echt grote invloed op ons heeft hij niet.”

Het meest opvallende nummer op Sounds That Can’t Be Made is echter het eerder door Rothery genoemde Gaza, een zeer politiek beladen epos waarvan de tekst aandacht vraagt voor Palestijnse kinderen in vluchtelingenkampen. Hoe reageerde de rest van de band toen Hogarth met deze tekst kwam aanzetten? “In eerste instantie dachten we dat Gaza te controversieel zou zijn,” verklaart Rothery, “maar we begrepen al snel dat het niet zozeer een politiek ding was. Het geeft slechts een beeld van het probleem, van de kinderen die daar opgroeien. Ook hier waren fans door geschokt en achteraf gezien was het misschien niet zo verstandig om de track Gaza te noemen, want mensen trekken snel hun conclusie voordat ze de track gehoord hebben. Ja, ik heb best spijt van die titelkeuze. Iemand stelde een andere titel voor, Both Sides Of The Fence, maar toen was het al te laat, haha. Ik hoop dat mensen de tijd nemen om Steve’s tekst goed te begrijpen.”

Gaza is voor de luisteraar misschien niet de meest gemakkelijke albuminstapper, maar voor Rothery was dit de meest logische keuze: “Het album begint met Gaza omdat we dachten dat het een goede manier was om mensen te shockeren. We wilden de plaat er niet mee eindigen, want dat deden we liever met iets positievers. Dat werd dus The Sky Above The Rain. En ja, sommige delen in Gaza zijn wat steviger dan fans van ons gewend zijn, maar volgens mij houden veel van onze fans ook van harde rock. Het is niet verkeerd om in een nummer steeds van sfeer te wisselen, zolang het de muziek maar sterker maakt.”

0 Reacties

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *