Ruim 21 jaar na zijn overlijden verschijnt nu het eerste soloalbum van Nirvana-frontman Kurt Cobain. Klinkt gek, maar gezien het feit dat tot dusverre zowat elke scheet die Cobain en de zijnen aan een bandrecorder hebben toevertrouwd zijn weg heeft gevonden naar cd of lp (met de drie cd’s en een dvd tellende boxset With The Lights Out als meest onluisterbare voorbeeld) is het ook weer niet zo heel vreemd dat Montage Of Heck: The Home Recordings er nu is. Het verhaal achter deze release: Brett Morgen, de regisseur van de eerder dit jaar verschenen documentaire Kurt Cobain: Montage Of Heck kreeg voor zijn film ongelimiteerde toegang tot het persoonlijke archief van de familie Cobain en ontdekte daar bergen tot op heden onuitgebracht materiaal. Veel van die vondsten waren te horen in de film, maar Morgen vond een behoorlijk deel van de liedjes en fragmenten dermate interessant, dat ze een losse soundtrack rechtvaardigden. En dat is dus Montage Of Heck: The Home Recordings geworden. Een logische titel, want zelden heb ik een album gehoord dat zo nadrukkelijk klinkt alsof alles met een My First Sony-bandrecorder is opgenomen. Je moet dit schijfje dan ook niet benaderen alsof het een reguliere plaat betreft, want dat is het gewoon niet. Wat dan wel? Een belachelijk intiem kijkje in de artistieke hersens van Kurt Cobain, vol materiaal dat de zanger/gitarist vermoedelijk never nooit had willen laten horen aan de mensheid, maar wat vanuit historisch perspectief voor de Nirvana-fanaat rete-interessant is. Er verschijnen twee edities: een dertien tracks tellende ‘standard version’, met vooral de liedjes die Morgen op wist te duikelen, en een ‘deluxe edition’ met 31 tracks, waarbij ook ruimte is voor vingeroefeningen op gitaar, meligheid, monologen, bizarre sketches en andere al dan niet toffe ongein. Hoewel de luisterbaarheid regelmatig te wensen over laat, is het fascinerend om te horen hoe latere Nirvana-songs als Sappy, Been A Son en Frances Farmer Will Have Her Revenge On Seattle in hun embryonale fase klonken en als er nog mensen waren die dachten dat Kurt Cobain een chagrijnige mopperpot was die nimmer kon lachen: die illusie wordt ook regelmatig doorgeprikt op deze plaat. Conclusie: casual Nirvana-fans kunnen deze ‘soloplaat’ links laten liggen en dit is ook niet bepaald een album dat je gezellig tijdens een familiediner draait – tenzij je een bloedhekel hebt aan je familie, natuurlijk. Wie echter nieuwsgierig is naar hoe een van de betere songschrijvers van de laatste dertig jaar te werk ging, gaat heel veel plezier beleven aan Montage Of Heck: The Home Recordings.
0 Reacties