Hij volgde Ry Cooder op als gitarist in de band van John Hiatt, maakte deel uit van John Mayalls Bluesbreakers en in de ogen van Eric Clapton is hij een van de grootste snarenmeesters op aarde: Sonny Landreth. In de aanloop naar zijn optreden tijdens het festival Ramblin’ Roots op 24 oktober sprak Lust For Life met de 64-jarige slidevirtuoos over de universele taal van de blues.
Het is inmiddels bijna 35 jaar geleden dat Landreth zijn allereerste plaat uitbracht: Blues Attack. In 1988 maakte een groter publiek kennis met zijn talent dankzij het album Slow Turning van John Hiatt. Maar ook de eigen muziek van de Amerikaan mag er wezen, zo bewijst het recente Bound By The Blues – dat van Lust For Life de volle mep (vijf sterren) kreeg – nog maar eens. Sonny pende zelf een aantal nieuwe nummers, maar maakte ook bewerkingen van enkele bluesstandards, waaronder het veelgecoverde Dust My Broom.
Landreth verklaart: “Een paar jaar geleden had ik een gesprek met Roy Rogers over een gezamenlijk optreden tijdens het King Biscuit Festival in Arkansas. We hadden het idee om samen een paar oude bluesnummers te spelen en we hadden onze zinnen gezet op iets van Elmore James of Robert Johnson. We zouden een lied als Dust My Broom echter niet spelen, omdat zo veel mensen dat al gedaan hadden. Maar nadat ik de telefoon neerlegde, begon ik erover na te denken. Wat zou ik nog aan Dust My Broom toe kunnen voegen? Dat vroeg ik me ook af bij andere bluessongs. Zo is dit project begonnen, als een nieuwe blik op de oude nummers die mij beïnvloedden.”
Gesprek met Knopfler
Iets nieuws toevoegen aan een lied als Dust My Broom lijkt geen gemakkelijke opgave. “Maar in feite bleek het een heel natuurlijk proces”, weet de vooral vanwege zijn slidegitaarspel geroemde muzikant. “Als nummers zo’n belangrijk onderdeel van je jeugd zijn, voelt het als thuiskomen. Hoe meer ik in die oude songs dook, hoe meer ik terugging in de geschiedenis en mijn geheugen werd opgefrist. Ik sprak er ooit met Mark Knopfler over: het gaat niet om het nummer of de techniek, het gaat om de achtergrond, de geschiedenis. Wat ging er in die muzikanten om in die verschillende periodes? Het nadenken daarover werkt heel inspirerend.”
Naast Dust My Broom nam Landreth nog een nummer op dat bekend is van Robert Johnson: Walkin’ Blues. Het arrangement op Bound By The Blues baseerde de sympathieke gitarist echter op de versie van The Butterfield Blues Band op het bloedmooie album East-West (1966), waarop de invloedrijke Mike Bloomfield gitaar speelde. “Dat album was enorm belangrijk voor me. Ik hoorde het voor het eerst toen ik nog een jochie was en me in de blues aan het verdiepen was. Dankzij artikelen, liner notes en vrienden die er helemaal weg van waren, had ik al over de plaat gehoord. Ik zat toen nog op de middelbare school in New Orleans en ik speelde zelf trompet in een schoolbandje. Op een dag liep ik door Canal Street en ging ik een platenzaak binnen. Daar vond ik de lp. Deze moet ik hebben, dacht ik, en ik werd een grote fan van Paul Butterfield en Mike Bloomfield. Dat is ook altijd zo gebleven. Het is een mooi voorbeeld van de impact die de oude akoestische blues had op de latere meesters, zoals Muddy Waters. En hoe die op hun beurt blanke kids als Bloomfield en Butterfield beïnvloedden. Als jonge muzikant werd ik weer door die mensen geïnspireerd, maar ik ging ook terug naar de bron. Dat was ook de achterliggende gedachte van mijn nieuwe album: een ode brengen aan al die helden.”
Ode aan Johnny Winter
Butterfield en Bloomfield zijn niet de enige blueshelden die geëerd worden op Bound By The Blues. Sonny droeg het instrumentale Firebird Blues op aan goede vriend Johnny Winter, die in juli vorig jaar overleed. Landreth weet nog hoe hij kennismaakte met de muziek van de Texaanse meester: “Een vriend van me zei dat ik moest komen luisteren naar een nieuwe plaat. Het was Johnny’s tweede album Second Winter [1969, red.]. Hij liet me de cover zien en ik dacht: wauw, wie is dat? Er was destijds controverse over blanke muzikanten die bluesmuziek maakten. Niet onder de artiesten zelf, maar bij critici. Hier was een man die witter dan blank was en duidelijk een gave had. Ik was zwaar onder de indruk van zijn spel en jaren later werkte ik eindelijk met hem samen. Rond de tijd dat Johnny bekend werd, braken Eric Clapton en Jeff Beck aan de andere kant van de oceaan door. Helaas wordt Johnny vaak over het hoofd gezien, terwijl hij op hetzelfde niveau zat. Hij schreef geschiedenis door op Woodstock te spelen, maar later kreeg ik het idee dat hij wat ondergewaardeerd werd. Maar hij had zeker een invloed op mij en dat benadruk ik altijd graag als ik de kans krijg.”
In zijn indrukwekkende loopbaan werkte de in Mississippi geboren ‘King Of Slydeco’ niet alleen samen met iconische collega-gitaristen als Winter, Knopfler en Clapton, maar ook met veelgerespecteerde zangers als John Hiatt en John Mayall. Hoewel Landreth zelf ook zingt op zijn platen, zal hij nooit beweren dat hij in vocaal opzicht op datzelfde niveau zit. “Ik zou willen dat ik net zo zelfverzekerd was over mijn stem als over mijn gitaarspel”, bekent hij. “Maar ik heb zingen altijd plezierig gevonden en nu ik 64 ben, klink ik ook wat meer volwassen. Ik wist altijd al dat het gitaarspel de meeste aandacht zou krijgen, maar ik hoopte dat mensen na verloop van tijd de stem zouden ontdekken en belangrijker nog: de songs. Voor mij is dat altijd het belangrijkste geweest. Het gaat terug naar blueshelden als Robert Johnson, die verhalende nummers schreven. De gitaar is er alleen maar om het verhaal te versterken. Daarom ben ik zo dol op de slidegitaar: je kunt verschillende sounds creëren, maar ook de tekst ondersteunen. Dat is nog steeds mijn voornaamste doel. Het is leuk als je bepaalde technieken beheerst, maar het schrijven van een goed nummer is een totaal andere kunst.”
Universele taal
Landreths komende optreden op Ramblin’ Roots zal voornamelijk in het teken staan van het genre waar hij eens in de zoveel tijd met veel genoegen naar terugkeert. “Bluesmuziek is min of meer een ‘guiding light’. Ik kan prima uit de voeten met verschillende muziekstijlen, maar blues is altijd de kern. Daar gaat ook de titelsong van Bound By The Blues over: hoe wij met z’n allen met elkaar verbonden zijn door onze ervaringen en uitdagingen, en dat de blues een universele taal is. Deze muziek communiceert met mensen over de hele wereld, ongeacht de plaats waar ze leven of welke taal ze spreken. Het is simpel, maar diepgaand en dat zal me altijd blijven inspireren.”
Sonny Landreth treedt op 24 oktober op tijdens het festival Ramblin´ Roots in TivoliVredenburg, waar verder ook o.a. Pokey Lafarge, Jimmy LaFave en Joe Louis Walker hun opwachting maken. Klik hier voor info over het programma en tickets.
Foto: Bruce Schultz
0 Reacties