Voor de tiende keer staat theater De Tamboer in het teken van de blues. Vanwege dit jubileum duurt het Bluesfestival Hoogeveen dit keer twee dagen, de voorgaande edities waren op één avond. Op vier podia zijn in totaal 21 verschillende acts te zien en het is dan ook niet te doen om ze allemaal te zien. Het grootste podium is in de grote theaterzaal, waar de meeste stoelen uit verwijderd zijn, daarna de kleinere theaterzaal (met stoelen) en twee foyers. De zalen liggen dicht bij elkaar, maar je hebt eigenlijk nergens last van geluidsoverlast van de andere podia.
Voor de opening moet je meteen een keuze maken: naar de oude rotten van Band Of Friends of naar de jonge schone Jo Harman, want ze spelen tegelijkertijd. Maar omdat Harman korter speelt, gaan we eerst naar haar optreden. Samen met haar vierkoppige band The Company speelt ze een overtuigende set met uiteraard veel songs van haar debuutalbum Dirt On My Tongue, waarbij vooral de ballads erg in de smaak vallen, misschien ook omdat dit in een zaal met louter zitplaatsen meer tot z’n recht komt. Met haar prachtige soulvolle stem en prima songkeuze (waaronder twee covers) heeft ze er vast en zeker nieuwe fans bij gekregen.
Band Of Friends bestaat uit gitarist-zanger Marcel Scherpenzeel en de oud-Rory Gallagher Bandleden Ted McKenna op drums en Gerry McAvoy op bas. Het spelplezier spat er als vanouds vanaf bij dit drietal. Zoals altijd is ook dit optreden één groot eerbetoon aan de veel te vroeg overleden Ierse bluesrockgitarist. Diverse hoogtepunten uit Rory’s oeuvre komen voorbij (zoals Tattoo’d Lady en Bullfrog Blues), tot groot plezier van het in publiek.
Sinds ruim twee jaar kent ons land King Of The World, die vaak de beste bluesband van Nederland wordt genoemd. Wat mij betreft zeer terecht, want deze vier rasmuzikanten vormen een geweldige en strakke band met een heel eigen geluid. De groep speelt vanavond een mooie selectie van de songs van de beide cd’s, met ook nu weer als absoluut hoogtepunt het aan Harry ‘Cuby’ Muskee opgedragen Can’t Go Home. Iedere keer als ik de fantastische gitaarsolo van Erwin Java hoor, krijg ik weer kippenvel!
Jan Akkerman en Bert Heerink trekken inmiddels al minstens drie jaar met succes door ons land onder de naam My Brainbox. Akkerman is vanavond goed gehumeurd en maakt regelmatig grapjes met Bert en de andere bandleden, en hij wisselt regelmatig van gitaar. Voor Heerink is het een thuiswedstrijd, want hij woont al enkele jaren in Hoogeveen. Natuurlijk komen Summertime, Dark Rose en Down Man voorbij in de set, naast het lange Sea Of Delight, dat deze keer minstens een kwartier duurt. Het publiek reageert enthousiast op het optreden van deze oudgedienden en beloont ze dan ook met een flink applaus.
De 71-jarige Boo Boo Davis is waarschijnlijk de enige echte bluesman van de vrijdagavond. De uit Mississippi afkomstige zanger-harmonicaspeler heeft in zijn jeugd echt de blues gehad en dat straalt hij ook uit. Met zijn band blijft hij dicht bij de originele Mississippi blues en laat echt spelplezier zien
Van een heel ander kaliber is Eric Sardinas, die met zijn elektrisch versterkte akoestische slide-gitaren en zijn hoed, kleding en tattoos meer op een hardrocker lijkt dan op een bluesman. Naderhand hoor ik dan ook een aantal mensen klagen dat dit toch niets met blues te maken heeft. Smaken verschillen natuurlijk, maar voor iedereen zal duidelijk zijn dat Sardinas een uitstekende slide-gitarist is.
Als afsluiter van de eerste avond staat de jonge Amerikaanse gitarist-zanger Eric Steckel geprogrammeerd. Ondergetekende zag hem toen hij als vijftienjarig jochie met jeugdpuistjes een zaal vol bluesliefhebbers platspeelde en sindsdien is de inmiddels 24-jarige muzikant alleen maar beter geworden. Hij speelt met zijn Nederlandse ritmesectie vol vuur en passie zijn grotendeels zelfgeschreven songs met prachtige solo’s voor een enthousiast publiek. Hij is en blijft een grote bluesrockbelofte voor de toekomst.
De tweede avond wordt geopend door de Greyhound Blues Band, die drie verschillende vocalisten begeleidt, te beginnen met de Amerikaanse zanger-gitarist Rene Trossman die oorspronkelijk uit Chicago komt, maar tegenwoordig vanuit Praag opereert. Eerlijk gezegd had ik nog nooit van hem gehoord, maar zijn optreden kan me zeker bekoren.
De Britse singer-songwriter Ian Siegal speelt diverse stijlen, waaronder blues (hij heeft diverse bluesonderscheidingen ontvangen) en Americana. Siegal heeft inmiddels een behoorlijke schare fans in ons land en treedt hier al jaren op, met zijn akoestische gitaar. Vanavond speelt hij (zoals tijdens de rest van zijn huidige tournee) samen met Jimbo Mathus, de Amerikaanse veelzijdige songwriter en multi-instrumentalist uit Mississippi, in de overvolle kleine zaal. Mathus is ook van alle markten thuis: blues, country, jazz en southern rock. Samen maken de mannen er een mooi optreden van, met songs uit hun beider repertoire.
In de grote zaal spelen de Zeeuwse bluesrockers The Juke Joints drie kwartier lang met hun eigen, voor een deel uit covers bestaande repertoire. Na een korte pauze begeleiden ze, zoals ze dat al jaren doen, de Amerikaanse zanger-gitarist Eddy ‘The Chief’ Clearwater. Meestal komt Eddy getooid met een indianentooi het podium op, deze keer blijft het bij een grote cowboyhoed. Met zijn charisma en zangstem lijkt hij wel een beetje op BB King. Het publiek reageert erg enthousiast, wat er mede voor zorgt dat het optreden nogal uitloopt en daarna nog een flinke toegift afdwingt. In de Parkfoyer is inmiddels onze landgenoot Ralph de Jongh begonnen. Deze zeer talentvolle singer-songwriter, die enkele jaren geleden door Harry Muskee werd ontdekt, geeft een zeer overtuigend optreden.
Het is in de grote zaal lang wachten voor de fans van Dana Fuchs, want door het uitgelopen optreden van Eddy Clearwater moeten zij ruim een half uur langer geduld hebben. Fuchs is sinds enkele dagen behoorlijk ziek (griep) maar wil het optreden hoe dan ook doen. Ze begint het optreden met Almost Home, maar niet nadat ze zo ongeveer iedereen op de eerste twee rijen persoonlijk heeft begroet met een hand, een hi-five en in een enkel geval een zoen. Begeleid door haar uitstekende band zingt ze een mooie doorsnee van haar repertoire en hoewel haar stem iets rauwer klinkt dan anders, is het haast niet te merken dat ze ziek is. De volle theaterzaal, inclusief de beide balkons, geniet duidelijk van het optreden en zingt regelmatig mee. In de toegift speelt ze Mysery en als laatste Keep On Walkin’ van de studiocd Bliss Avenue (2013), waarin een prachtige bassolo van onze landgenoot Walter Latupeirissa. Hoe hij het voor elkaar krijgt weet ik niet, maar hij weet iedere keer weer een andere bassolo te verzinnen. Na het optreden moet Fuchs verstek laten gaan bij het gebruikelijke signeren en zoenen van haar fans, ze is gewoon te ziek.
Twee dagen blues en aanverwante muziekstijlen zitten er dan bijna op, maar zoals eerder gesteld: alle optredens bijwonen is gewoonweg niet te doen. De tiende editie van het festival is een groot succes te noemen. Op naar de elfde!
Gezien op vrijdag 21 en zaterdag 22 november 2014
Foto’s: Harry Pater
6 Reacties
Het was een geweldig weekeinde en wat heb je dat weer goed verwoord! Soms is het inderdaad jammer dat niet alles af te lopen is. Ik had Meena nog wel willen zien, maar ja, een andere keer dan maar!
We hebben een heel mooi muziekweekend gehad dankzij de Tamboer. We hebben heel veel acts gehoord en het was allemaal prachtig mooi. Eric Steckel en Dana Fuchs staken er voor mij net iets bovenuit, maar dat is natuurlijk een kwestie van persoonlijke voorkeur.
Het verslag is goed, ik had alleen iets meer foto’s willen zien !!
Het was geweldig!!
Leuk verslag, maar jammer dat je The new blues generation gemist heb(over blues gesproken)
Meer fotos op http://www.fotosbluesrock.nl
Wat een knap verslag Harry. Top schrijver en fotograaf.