“We’ve got some old songs! We’ve got some new songs! And we’ve got some really old songs!” Dat die laatste aankondiging – afkomstig uit de mond van Bryan Adams – op verreweg de meeste respons van het publiek mag rekenen, is veelzeggend. Het gros van de mensen is hier op het Ketelhuisplein van Strijp-S te Eindhoven voor een mooie nostalgische avond vol wereldhits. Gelukkig is Adams niet de beroerdste en voldoet hij met een glimlach op zijn gezicht aan die wens.
Het is sowieso een prachtige locatie voor een concert, Strijp-S. Het plein waar Bryan Adams zijn kunstje mag doen, was vroeger onderdeel van een fabrieksterrein van Phillips dat het afgelopen decennium langzaam maar zeker is getransformeerd tot een hippe, van cultuur overlopende wijk vol restaurants, zaaltjes, bedrijven en woningen. Maar het oude industriële uiterlijk wordt bepaald niet verloochend, en juist dat levert mooie plaatjes op. En in een dergelijke wijk is uiteraard ook ruimte voor popmuziek. De kleinere bandjes staan in PopEi, grotere namen als 3 Doors Down, dEUS en Massive Attack braken al eerder het Klokgebouw af, maar voor de echt grote jongens is er dus op het Ketelhuisplein plek genoeg. Ik moet eerlijk toegeven dat ik van tevoren niet helemaal had verwacht dat Adams nog zo’n groot publiek zou trekken, maar het is toch echt goed druk. Zeker nadat de inleidende beschietingen door eenmansband Dan Owen, het Belgische K’s Choice (wat heeft die Sarah Bettens toch een goede stem) en het wat op safe spelende Di-Rect voorbij zijn, de bezoekers nog gauw een nieuwe tray smerig bier in plastic bekertjes scoren en de eregast van de avond met zijn band het podium betreedt.
Slimme vent
Ik meldde in de intro van deze recensie al dat de nadruk op nostalgie ligt, maar dat wil niet zeggen dat Bryan Adams de laatste jaren geen bal heeft uitgevoerd qua nieuw materiaal. Deze tour staat nog steeds in het teken van het in 2015 verschenen album Get Up, maar wie a) Lust For Life al jaren leest en b) een waanzinnig geheugen heeft, weet misschien nog wel dat ondergetekende dat album destijds van een niet al te positieve recensie voorzag – te voorspelbaar, te belegen, te saai. Gelukkig zijn de vijf tracks van Get Up die vanavond vakkundig in de fikse set (26 songs!) zijn gefrommeld live een stuk beter te verdragen dan op plaat en Adams is een slimme vent met veel ervaring die echt wel weet hoe hij een setlist in elkaar moet zetten. En dus komt hij na de ‘nieuwe’ concertopener Do What Ya Gotta Do met Can’t Stop This Thing We Started, volgt hij Don’t Even Try op met het onverwoestbare Run To You en is de ultieme tearjerker Heaven – die uiteraard woest meegekrijst wordt door het publiek, dank voor de piep in mijn oren – een perfecte reactie op het slechtgetitelde Go Down Rockin’.
Wat volgt, is een avond die voor het gros van de aanwezigen heen en weer slingert tussen ‘ah tof, een leuk liedje waarop ik even bier kan halen of naar het onwelriekende toiletblok kan sukkelen’ en ‘nice, weer een supergoed nummer waarop ik kan meebrullen’, waarbij de laatste categorie gelukkig het meest voorkomt. Ik was even bang dat Adams, door zowel Run To You (mijn favoriet) als Heaven heel vroeg in de set te plaatsen, zijn kruit te vroeg had verschoten, maar je bent om een of andere reden geneigd te vergeten hoeveel evergreens deze man op z’n naam heeft staan. Het is tekenend dat hij ermee weg komt om halverwege het optreden, een moment in de show waarop veel artiesten vaak hun wat mindere songs verstoppen, uitpakt met drie krakers op een rij: Summer Of ‘69, een verrassend mooie akoestische versie van When You’re Gone (godzijdank zonder zang van Spice Girl Mel C) en ultieme tearjerker nummertje twee: (Everything I Do) I Do It For You.
Keith Scott
Het hoogtepunt van de avond was echter vlak voor dat blokje hits. Bryan Adams wordt door sommigen nogal eens weggezet als een chagrijnige vent zonder humor, maar daar blijkt vrij weinig van in Eindhoven. Wat ik als Eindhovenaar natuurlijk prima snap: het is een fijne stad. Los daarvan babbelt onze Canadese vriend erop los, af en toe zelfs in het Nederlands, hij weet zowaar in welke stad hij zich bevindt en hij is niet te flauw om te beseffen dat veel van zijn hits al een tijdje geleden gemaakt zijn. “This song I recorded in the early 1900’s”, klinkt het. “I sang it with Tina Turner”. Tromgeroffel… Het publiek wordt zowaar even stil. “She’s not here.” Het kan aan mij liggen, maar ik vond het grappig. Hoe dan ook, de uitvoering van It’s Only Love is werkelijk subliem, met een hoofdrol voor de waanzinnig solerende gitarist Keith Scott. Sowieso een dikke pluim voor deze man die al sinds 1976(!) met Adams speelt, zijn gitaarwerk geeft zelfs de meest zoetsappige songs enige ‘bite’ en ook vanavond geselt hij zijn instrument regelmatig dat het een lieve lust is. Adams zelf is trouwens bijzonder goed bij stem. “Hij klinkt verdorie precies hetzelfde als op de lp”, gromt een licht aangeschoten dame in vet Brabants accent tegen me, en ze heeft gelijk.
Over precies hetzelfde gesproken trouwens: ergens is het jammer dat de setlist nagenoeg identiek is aan die van de andere shows van de Get Up!-tour, op een geinige cover van Radar Love van onze eigen Golden Earring na dan. Van bands als Rammstein of Muse snap ik dat, die hebben zoveel (al dan niet letterlijk) vuurwerk in hun shows dat spontaniteit tot zware ongelukken kan leiden. Maar als je show wat soberder is en je dertien studioalbums hebt gemaakt, dan zou enige variatie toch mogelijk moeten zijn. Het moet echter gezegd: geen moment lijken de heren routineus bezig te zijn, dus vooruit dan maar.
Nare coverband
Hoe dan ook, na een goede anderhalf uur komt er met 18 Till I Die en het lekker puberale The Only Thing That Looks Good On Me Is You een einde aan de reguliere set, waarna de band al snel terugkomt voor de obligate toegift. Die is wat mij betreft wat mager: als ik drie slappe covers wil horen (C’Mon Everybody, All Shook Up en het in werkelijk elke variant stomvervelende Can’t Take My Eyes Off You), dan ga ik wel naar een buurtcafé waar een nare coverband speelt, maar het grootste deel van het publiek vermaakt zich duidelijk uitstekend. En afsluiten met een ingetogen versie van het kleffe All For Love, dat Adams oorspronkelijk zong met Sting en Rod Stewart: het kan, maar was het niet leuker geweest om een anthem als Summer Of ’69 voor het laatst te bewaren? Ach, het is gezeur op de vierkante millimeter. Het publiek kwam voor een leuke muziekavond vol wereldhits en die heeft Bryan Adams niet alleen op een presenteerblaadje aangeboden, hij heeft ze – met zijn prima band – ook nog eens sterk gespeeld. Dus: toffe muziek, mooie locatie, fijn concert, minder fijne kater de volgende dag. Over een jaar of vijf weer, Bryan?
Bryan Adams op Strijp-S, Eindhoven
Gezien op zaterdag 12 augustus 2017
Foto’s: Tineke Klamer
5 Reacties
Ik heb al heel veel grote buitenlandse bands gezien, maar ik word daar niet warm of koud van.
Maar: elke keer als ik naar Bryan Adams ga moet ik concluderen dat zijn gelijke als artiest er nog steeds niet is. Welke artiest zingt ruim 2 uur achter elkaar en komt dan helemaal alleen op de buhne en zingt dan gewoon door.
Wat een stem, wat een gitaarspel, wat een drumwerk en wat een vakmanschap.
Moet je toch eens een keer naar bruce springsteen gaan. Speelt 3 uur aan een stuk,toch net wat beter vindt ik. Vondt het geluid wat mager.
Wat een geklaag en negativiteit tussen de regels door.
Ben je niet vergeten te genieten??
Inderdaad. Jaar in jaar uit komen er minimaal 10.000 man op af. Dus volgend jaar gewoon weer.
Bryan was geweldig!