De Britse band Kasabian is de laatste jaren geregeld langsgekomen in de Nederlandse popzalen en bouwde ook feestjes op grote festivals als Lowlands. Op zaterdag 3 maart moest de Heineken Music Hall maar eens veroverd worden met de grootste show die de heren tot nu toe in Nederland gedaan hebben. Maar zou dat niet een veel te grote stap zijn na de verrassende stijlbreuk op het laatste album Velociraptor! en heeft de band wel zoveel échte fans die er ook vier tientjes aan willen uitgeven?
Het Londense kwartet Belakiss dat de vroeg gekomen bezoekers mag opwarmen blinkt uit in enthousiasme en wil iedereen al laten meeklappen, maar al snel merken de drie jongens en dame dat ze zich eerst maar eens moeten bewijzen met goede muziek. Wel bedankt de frontman netjes het Nederlandse volk voor het feit dat Robin van Persie zijn club Arsenal eerder op de dag aan een overwinning op Liverpool heeft geholpen. En ook vanavond zou de sfeer in Amsterdam bij vlagen lijken op een Engelse voetbalmatch: geen rellen maar wel heel veel bier, gezang en uitbundigheid.
Toeristen
Vlak voor Kasabian aan de set begint is het toch nog erg druk geworden in de zaal en aan de accenten te horen zijn het voornamelijk Britse jongemannen rond de twintig jaar. De Engelse toeristen lijken de locatie goed te kunnen vinden zoals eerder ook al bleek bij de uitverkochte shows van Oasis in de HMH. Met dezelfde arrogantie van een Liam Gallagher loopt ook Kasabian-zanger Tom Meighan druk gebarend en met zonnebril op over het podium. In opener Days Are Forgotten laat de frontman meteen horen dat hij ook geweldig kan zingen. Maar hij is vooral entertainer, zijn taak is het opzwepen van het publiek en daarbij wordt hij geholpen door de band om hem heen. De dreunende bassen zijn voor iedereen voelbaar en de energie die vrijkomt bij het massale meespringen op Shoot The Runner geeft een geweldig adrenalineshot bij zowel de band als de toeschouwer.
Dj-set
Dit concert is precies het tegenovergestelde van wat The Black Keys laatst in Eindhoven deden. Kasabian staat wel garant voor veel show, maar de muziek is slechts een middel om het publiek gek te maken. Hier draait het om de beleving, het erbij zijn, het springen en gek doen. Met nummers die veelal op dezelfde wijze zijn opgebouwd werkt de band naar een climax toe en dat doen de Britten uiterst professioneel. Op de setlist is werkelijk niks aan te merken, een mix van alle albums komt voorbij en de nieuwe nummers worden vooral als rustmomentjes ingemetseld tussen de ouderwetse feestnummers. Avond na avond speelt Kasabian deze lijst liedjes waardoor dit optreden – als je het met andere rockconcerten vergelijkt – wel wat spontaniteit mist. Dit lijkt regelmatig meer een dj-set dan rockshow.
Moshpit
Maar het werkt allemaal wel: alle aanwezigen in de Heineken Music Hall staan massaal te springen en starten zelfs na verzoek van de band een fikse moshpit tijdens het bijna techno achtige Vlad The Impaler. Ook zingen de fans hard mee met de regel die goed bij het vieren van het leven hoort: “we are all wasting away” tijdens het nummer Empire. De timing van het concert is perfect: na een aantal grauwe wintermaanden is iedereen toe aan de lente en de festivals in de zomers. Met een show van Kasabian kan dat gevoel eindelijk weer verkregen worden. De band doet de HMH in een kleine club veranderen en tot aan de ook goed gevulde tribunes voelt iedereen de energie die als onzichtbare damp boven de springende massa vrijkomt. Dan doe je het dus briljant als band en is het neerzetten van Kasabian op de mainstages van de grootste Europese festivals zonder meer gerechtvaardigd.
Biergooiers
Wat veel feestvierders vooraan misschien niet meegekregen hebben is dat een paar biergooiers achterin de zaal bijna het feest vergallen voor de rest. Enkele plastic kokers nog vol met bier vliegen rakelings langs de man die licht en geluid bedient. Hoofdschuddend zet hij zijn werk voort. Gelukkig eindigt het niet zoals bij de laatste show van de Red Hot Chili Peppers in Ahoy, maar misschien zou er in de toekomst toch wat meer bescherming voor de kostbare apparatuur achterin de zaal geregeld moeten worden. Gelukkig gaat de show moeiteloos door tot de finale aller finales: Fire. In dat nummer klopt alles: de trage opbouw, de voelbare spanning, het collectieve meezingen en springen. Hopelijk kan Kasabian in het vervolg weer het niveau van album West Ryder Pauper Lunatic Asylum halen. De pogingen tot serieuzere liedjes met minder feestgehalte van de nieuwe plaat zijn aan het publiek nog niet besteed, maar zijn wel aangename rustpauzes. Het goede gevoel overheerst na afloop van de show: luid zingend als voetbalsupporters verlaten de aanwezigen lachend, bezweet en een tikkeltje aangeschoten de zaal. Op naar het volgende feest.
Gezien op zaterdag 3 maart 2012 in Heineken Music Hall, Amsterdam
Foto’s: Luuk Denekamp
0 Reacties