Jarenlang hebben we het zonder ze moeten doen, maar Soundgarden heeft voor zijn Nederlandse fans het gemis inmiddels ruimschoots goedgemaakt. Sinds de reünie in 2012 stond een van de grondleggers van de grunge op Pinkpop, om in september 2013 nogmaals langs te komen voor een concert in de HMH. Blijkbaar is de verzadiging nog niet ingetreden, want een dag na een uitverkochte show in Tivoli speelde de band een laatste keer in een afgeladen 013. En hoewel Soundgarden niet meer de strak geöliede machine van weleer is, brandt het vuur nog steeds.
Vijftien jaar lang was Soundgarden niet meer. Midden jaren negentig legden de rockers uit Seattle na jaren van briljante muziek en bijbehorend megasucces het bijltje er opgebrand bij neer. De hits bleven klassiekers, maar op de Nederlandse podia speelde Soundgarden vanaf 1996 geen rol meer. Tot daar ineens de reünie was, en het bijbehorende nieuwe album King Animal liet horen dat er nog genoeg verse inspiratie tussen hun oren zit. Voor de verstokte fans zijn het dan ook mooie tijden, waarin ze na jaren de adem inhouden eindelijk een paar verse teugen kunnen halen.
Soundgarden zelf snapt ook heel goed waarvoor de meesten hier in de 013 gekomen zijn. Het publiek bestaat voornamelijk uit veertigers, voor wie deze mannen samen met Nirvana en Alice in Chains de soundtrack van hun puberteit schreven. En die krijgen nu eindelijk de kans om hun jeugdhelden in de armen te sluiten. De sfeer is er dan ook een van een gezellig samenzijn: als een reünie waarin oude vrienden eindelijk weer samen op één plek zijn. Zanger Chris Cornell neemt ruim de tijd om zijn publiek toe te spreken en te betrekken bij de show. Outshined wordt voorzien van een anekdote over de verschrikkelijke clip, die ze destijds met hevige tegenzin moesten opnemen. De man vooraan die een plectrum kado geeft, wordt na een nummer uitvoerig bedankt en aangesproken, om zelf met de ‘pick’ van Cornell naar huis te mogen. Applausje uit heel de zaal…
Toegankelijk en tastbaar zijn deze rockhelden dus, op een manier die verraadt dat ze oprecht het beste met hun fans voor hebben. Dat blijkt ook uit de setlist, waarin de vernieuwingsdrang is beperkt tot enkele nummers van het recente King Animal. Centraal staan vooral die vele oude hits, waar zowel de muzikanten als het publiek zichzelf duidelijk het liefste in verliezen. En muzikaal weet de band dat oude vuur soms weer aan te wakkeren. Op de beste momenten schuurt de stem van Cornell alsof het 1992 is en piepen de gitaren alsof ze sinds die tijd niets anders hebben gedaan.
Verwarring
Maar helaas is dat natuurlijk niet het geval: Soundgarden heeft jarenlang op zijn gat gelegen. En dat is met een kritische blik zeker te horen. Het temperament is er, de wil is er ook. Maar in sommige nummers hoor je de slijtage van jarenlange passiviteit. Cornell mist af en toe een nootje, het gitaarwerk rammelt soms losjes tussen de maten door. Zelfs het epische moment dat Black Hole Sun moet worden, komt daardoor niet helemaal uit de verf. Tijdens My Wave slaat even de verwarring toe, en loopt bassist Ben Shepherd na afloop naar de microfoon om het foutje weg te lachen. “Zoals altijd met Soundgarden, is de drummer de enige die het goed speelt.” En inderdaad moet gezegd dat de stevig doorbeukende Matt Chamberlain de enige consequente factor is.
De band laat zich niet van de wijs brengen door zulke foutjes, maar het verschil met de hoogtijdagen laat zich hier duidelijk blijken. Ook Rusty Cage, aan het einde van de setlist, blijkt te veel van Cornells uithoudingsvermogen te vragen. Toch is het onmogelijk om de zaal niet met een warm gevoel te verlaten. Nergens probeert Soundgarden zich groter voor te doen dan ze vandaag is. De liefde voor hun trouwste fans vult ruimschoots de plekken waar de muzikale steekjes vallen. Bovendien zijn er genoeg momenten waarin alles wél op zijn plek valt, waar Soundgarden weer even beukt, schuurt en kraakt zoals we ze kennen. Bij Jesus Christ Pose bijvoorbeeld, het onmiskenbare hoogtepunt van de avond. Juist omdat het bij elk nummer de vraag is hoe het uit de verf komt, smaken die plotselinge momenten van perfectie alleen maar lekkerder.
Soundgarden, gezien in 013 op woensdag 11 juni 2014
Foto’s: Marcel Krijgsman
6 Reacties
Volgens mij zit tijdens deze tournee Matt Chamberlain i.p.v. Matt Cameron (te druk met Pearl Jam) op de drumkruk bij Soundgarden.
Hoi Miguel, hebben we aangepast. Dank voor de oplettendheid!
Was er niet bij en ben zelfs geen die-hard Soundgarden fan maar lijkt me prima en eerlijke recensie. Wat ik vooral hier even kwijt wil: fan-tas-tische foto’s!
Inderdaad een eerlijke recensie. Ik (35 jaar) was erbij en heb intens genoten. Het viel mij juist mee hoe Cornells stem het nog deed, maar dat komt ook omdat ik weet dat hij niet meer de kracht heeft van toen hij 20 was.
Ze hebben alles gespeeld wat ik wilde horen (Rusty Cage, Superunknown, Day I Tried To Live enz.) met Jesus Christ Pose als absoluut hoogtepunt. Het dieptepunt was Black Hole Sun. Dat heb ik nooit een boeiend nummer gevonden, maar dat kwam zacht gezegd wat minder uit de verf gisteren. Duidelijk een verplicht nummer.
Ze hebben mij in ieder geval 2 uur lang weten te vermaken. En dat is knap.
Mooie recensie, maar teveel opgehangen aan de ouderdom. Ik vind dat Cornell het de laatste jaren beter doet dan vaak tevoren. Ik heb m in 1994 veel slechter horen zingen dan nu. Ook al wordt hij tegenwoordig geholpen door de computer en wat meer galm.
Al 20 jaar luister ik hun muziek en dat was de allereerste keer dat ik ze live zag. Ik had om eerlijk zijn vrij lage verwachtingen maar ik heb alleen maar staan rocken,lachen en genieten. Rock zoals rock bedoeld is!!
Soundgarden kicks ass!!